Kinderen zijn jonge kunstenaars

Kinderen zijn jonge kunstenaars

Kinderen zijn jonge kunstenaars, musici, componisten en onderzoekers. Al in de kinderopvang is het van belang om hun talenten op het gebied van muziek, tekenen en culturele vorming te stimuleren. Dat daagt hen uit tot een creatieve en onderzoekende houding, iets waar ze een leven lang plezier van kunnen hebben.

Cultuuronderwijs wordt als onmisbaar gezien voor de vorming van jonge mensen tot kritische volwassenen. Kinderen ontwikkelen hierdoor hun talenten en ze maken kennis met schoonheid. Ook leren ze de waarde van kunst begrijpen. Vanuit de exploratiedrang die kinderen van nature bezitten, ontdekken ze spelenderwijs de schoonheid van onder meer kennis en beeldende kunst. Daarnaast ontwikkelen ze kennis, vaardigheden en attitudes om door middel van beeld en geluid gevoelens en ervaringen uit te drukken.

 

Stadia muzikale vorming

Bij muzikale vorming kunnen vier stadia onderscheiden worden. Deze stadia zijn gekoppeld aan leeftijd, te weten:

  • Nul tot vier jaar: Het verwerven van vaardigheden. Het betreft beheersing van en omgaan met muzikaal materiaal. Hierbij staat de klank centraal
  • Vier tot negen jaar: Het tweede stadium is imitatie en betreft het expressieve aspect van muziek. Hierbij leren kinderen expressieve tekens te herkennen en te produceren.
  • Tien tot vijftien jaar: Hier gaat het over het identificeren en aanwijzen van normen en afwijkingen in muziek.
  • Vijftien jaar en ouder: In deze fase staat de esthetische reactie centraal.

 

Tekenfases

Ook bij leren tekenen  zien we vier ontwikkelingsfasen, namelijk:

  • Een tot twee jaar: de krabbelfase; kinderen beginnen spontaan met krassen, omdat ze volwassenen zien schrijven of tekenen. Ze imiteren wat ze zien.
  • Drie tot vier jaar: de herkenbaarheidsfase; op deze leeftijd kunnen kinderen hun voorstellingen en ideeën langer vasthouden. Zo kunnen ze vooraf benoemen wat ze gaan tekenen. Kenmerkend voor deze fase is de grote fantasie waarmee kinderen tekenen.
  • Vijf tot zes jaar: in deze fase zijn de lichaamsdelen van de poppetjes die kinderen tekenen steeds beter te onderscheiden. De toenemende gedetailleerdheid wordt veroorzaakt door een betere fijne motoriek en meer kennis over de wereld om hen heen.
  • Zeven tot twaalf jaar: realistische fase; in deze fase worden tekeningen steeds realistischer.

Voor beide indelingen  in stadia geldt dat het een globale schets van de ontwikkeling is.

 

Meerwaarde cultuuronderwijs

Er is bewijs voor de positieve invloed van cultuuronderwijs op cognitieve, sociaal-emotionele en motorische vaardigheden. De meerwaarde van cultuuronderwijs ligt echter in de intrinsieke waarde van cultuur en de direct daaraan gerelateerde vaardigheden. Denk aan beheersing van ambachten en technieken, maar ook van vaardigheden zoals nauwkeurig observeren, kunnen vormen van een visie, exploreren, ontwikkelen van doorzettingsvermogen, expressie, samenwerken en reflectie.

Dit bericht is een samenvatting van het hoofdstuk ‘Kunst, cultuur en creativiteit’ in het ‘Pedagogisch curriculum voor het jonge kind in de kinderopvang’. De auteur Dr. Michel Hogenes is docent aan de Pabo en aan de opleiding Docent Muziek en de Master Kunsteducatie van Codarts, Hogeschool voor de Kunsten in Rotterdam.

Dit bericht stond op 20 mei in de Nieuwsbrief van het Vakblad Vroeg .

0 Reacties

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *